Operareis Verona 5 juli t/m 14 juli 2013 met FUTURA
Hieronder volgt een verslag van deze 10 daagse reis waaraan meerdere mensen een bijdrage aan hebben geleverd. Dus een heel eigen beleving, die natuurlijk voor iedereen anders geweest kan zijn.
Toch is het denk ik een leuke herinnering. De cursief gedrukte stukjes zijn van Henk Rave en mij Henny Rave.
Veel leesplezier.
Voor een aantal deelnemers zal het best ‘een stap’ geweest zijn; 10 dagen reizen met de bus en dan ook nog eens met je collega’s, waarvan je een aantal ook tijdens het werk tegenkomt. Voor de meesten was toch het hoofddoel de opera’s mee te maken in de Arena van Verona en de rest van het programma zag er ook best interessant uit. Henk(chauffeur) en ik (Henny, echtgenote van Henk en reisbegeleider) hadden al de nodige ervaring met deze reis. Een van de ervaringen van Henk is dat dit één van zijn leukste reizen is; een andere ervaring van ons beiden is, dat het een erg vol programma is. De mensen raken aan het eind van de reis dan wel eens vermoeid en dat uit zich dan vaak in irritaties en soms in onhebbelijkheden richting een medereiziger. Ja, ja je maakt soms wat mee als chauffeur. Nu zijn het (ex) collega’s die elkaar min of meer kennen, de meesten zijn van hetzelfde ‘slag’; ambtenaren, redelijk ‘stabiel volk’ in onze ogen. Het zal allemaal wel loslopen, was ons gevoel.
Vrijdag 5 juli Dubbelbeek Apeldoorn –Laimering (Beieren)
Iedereen was op tijd, de koffers werden netjes gestapeld onder in de bus, en de reis kon beginnen. Een lange eerste reisdag over Duitse Autobahnen, maar wij wisten de eindbestemming van deze dag, een goed overnachtingsadres met een Biergarten. We wisten bij voorbaat al dat dit adres een succes is en ja hoor, toen we de passagiers met bagage gelost hadden en daarna de bus geparkeerd en uitgeruimd hadden en naar het hotel liepen, zaten de eersten al met een groot glas koel helder bier voor zich onder het grote schaduwdak van de twee grote bomen die parasols overbodig maakten.
Verslag: Henny Rave
Zaterdag 6 juli Laimering – Sandrá
De tweede reisdag. Heuvels worden bergen, Duitsland wordt Oostenrijk en in Tiroolse sfeer werd de welkome busstop benut.
Vanuit de bus konden wij genieten van de prachtige uitzichten. Hier en daar in het lieflijke groen wat dorpjes met een spitse kerktoren, wat verdwaalde boerderijen en daarboven de steenmassa met sneeuw op de top. Vooral de Europabrücke bood ons de kans om van deze idylle te genieten.
Ook wij maakten het bekende oponthoud voor de tolpoortjes bij de Brennerpas mee. Het drie kwartier stapvoets rijden was trouwens het enige oponthoud van de hele reis!
De volgende stop in Italië gaf goed weer dat het echt anders is dan in Oostenrijk, hoewel wij nog in het duitstalige Zuid Tirol verkeerden.
De laatste ruk naar onze eindbestemming liep door het smalle dal van de rivier de Adige. Talloze malen overbrugden wij het slingerende, onstuimige water.
Tijdens deze laatste etappe werden wij al in de stemming gebracht door een voorstelling van de Aïda, prima inbreng van Bram!
Ook deze reis werden wij weer ruim voorzien van drinken -het was behoorlijk warm- door Henny. Knap om zonder morsen met heet water door een rijdende bus te lopen.
Eindelijk de verlossende klikjes van de richtingaanwijzer; weg van de snelweg, kan niet verder meer zijn dan een klein stukje!
Het zacht glooiende landschap wordt hier en daar bekleed met druivenplanten, het begin van die heerlijke Italiaanse witte wijn. De omgeving deed ons wat aan Zuid Limburg denken, maar dan wel wat verder van huis.
Henk leverde ons feilloos voor de deur van het designhotel in Sandrá af. Het hotel, nogal opvallend in het authentieke landelijk dorpje Sandrá lijkt wel op een grote schoenendoos van verticale houten latjes. Design blijkt ook hier een persoonlijk beleving.
Maar het hotel was fantastisch!
Lieve mensen die met gemeende hartelijkheid altijd voor je klaar staan, goede bedden op de kamers met airco en de latjes kon je tot een pakketje vouwen waardoor een open balkon ontstaat.
Het diner werd verrijkt met wijn van het huis, een geste die we het hele verblijf konden beleven.
En nu slapen. Morgen de Aïda in Verona!
Verslag Frits Jongepier
Zondag 7 Juli Verona – Aïda
Na het ontbijt konden we ons – na 2 volle dagen te hebben gereisd – overgeven aan de welverdiende zondagmorgenrust in het dorpje Sandra.
Langs de pastelgekleurde huizen en enkele fotogenieke vervallen boerderijen kwam je overal wel een reisgenoot tegen, afgewisseld door de vriendelijke inwoners (bon giorno). De grote kerk bovenaan de monumentale trap gaf regelmatig een klokkenconcert.
Na een vroeg diner bracht Henk ons naar Verona met die prachtige arena. In Sandra werd wat zorgelijk richting Gardameer gekeken naar wat donkere wolkenpartijen, het zal je toch gebeuren dat het gaat regenen…..
Tijd genoeg om de directe nabijheid van de arena te ontdekken. Direct tegen de arena stonden grote toneelattributen opgesteld. Nabucco? Foto’s maken. En wissen …., een bordje gaf later Rigoletto aan.
Aïda was van plan om kwart over negen te beginnen, wij stonden om zeven uur al klaar om de arena binnen vallen. Om een plaatsje op de eerste rij van de stenen tribune te kunnen bemachtigen moet je er gewoon vroeg bij zijn. Het wachten was op zich al een belevenis. Tientallen broodjes-, drank- en librettoverkopers maakten een Italiaans leven van belang. Tussen de verkopers boden ook de kussentjesverhuurders luidkeels hun waar aan. Niet alleen vóór de voorstelling, ook tussen de bedrijven door. Direct na elk bedrijf, vaak eindigend in stilte, liepen alle verkopers weer luid hun waren aan te prijzen. Prachtig.
Haal nog even de dame met de gong naar voren. Haar één-, twee- en drieslagoptreden werd met applaus beantwoord.
De uitvoering van Aïda was verrassend. In de bus hadden we de klassieke versie kunnen bekijken, nu was Aïda in deze tijd geplaatst. Ieder heeft dit op zijn eigen manier beleefd, maar de reacties waren zeer positief. Naast de prachtige muziek en zang kwam je vooral ogen tekort. De arena zelf was het decor.
Nog zie je de stoet langs ons heen trekken met de lichtbal in de hand, de vorkheftruck om de buitgemaakte schatten te vervoeren, de mechanische kamelen, het bootje in de rivier – aangetrokken vanaf de tribune, de krokodillen, te veel om op te noemen. De man die de buitengewone gave heeft om dit te
kunnen bedenken heet Fura dels Baus. Googelen maar.
Aïda sloot af om 1 uur. Van te voren lijkt het een lange zit, het was ook een lange zit, maar wel een zit die de moeite waard was, van begin tot eind. Een belevenis om nooit te vergeten.
Verslag: Frits Jongepier
Maandag 8 juli 2013, een tochtje langs en over het Gardameer.
Het Garda meer, “Lago di Garda”, velen hebben het gezien, zijn er geweest of hebben het er over gehoord .
Eén van de vakantieparadijzen voor Nederlanders, zeker in het verleden!
Een rit langs het meer is de moeite waard. De natuur is, zeker nu één aaneenschakeling van bomen, struiken en prachtige bloemen. Aan het meer liggen vele pittoreske dorpjes, in deze tijd en tijdens het hoogseizoen bevolkt door massatoerisme.
De ene eetgelegenheid na de andere, terrasjes in overvloed vele, vele winkeltjes waar werkelijk alles te koop is.
Een rondvaart met een lijndienstboot is een leuke ervaring. In het meer “zwermen” de vele plankzeilers. Sommige scheren met ware doodsverachting en hoge snelheid langs de lijndienstboot, anderen ploeteren op de plank of in het water voort.
Eén van de dorpjes waar aangelegd wordt is Malcesine. Ook hier is het voor de toerist goed toeven.
En, wil je in al die drukte even niet winkelen, op één van de vele terrasjes is het in de schaduw onder het genot van een glaasje witte wijn of iets anders goed vol te houden!
Als je eens in de buurt bent, niet meteen doorrijden naar het zuiden, maar even genieten van schoonheid, natuur en pittoreske dorpjes rondom het Gardameer!
Verslag: Henk van Heuvelen
Dinsdag 9 juli 2013 D O L O M I E T E N
Vandaag vertrekken we vroeg in de morgen. Half negen is de bedoeling en daarom is het ontbijt al om half acht. Uitslapen is er niet bij, we hebben een druk programma.
Het ontbijt in ons hotel is weer een beetje typisch. Vandaag kunnen we een keuze maken uit een rolcake, een puntje koek met aardbeien en nog een paar ‘exotische varianten’ die normaliter ’s middags in een tearoom horen te worden geserveerd. Daarnaast is er ook toast met kaas of ham en voor mij natuurlijk de gewone (en voor mij gebruikelijke) yoghurt. Na een kop koffie is iedereen écht wakker en zijn we allen weer keurig op tijd bij de bus, zodat Henk volgens zijn schema kan vertrekken.
Over het weer hebben we tot nu toe niets te klagen. Het is licht bewolkt en de zon laat zich een enkele keer verduisteren door een pluk wit aan de blauwe lucht.
Na wat gekronkel, om onze uitvalsbasis te Sandra uit te komen, arriveren we al snel bij de tolpoortjes van de autostrada, de A22.
De tolweg loopt netjes recht naar boven en loopt dan weer links en dan weer rechts van de brede Adige rivier. Het is een schitterend landschap waar we doorheen rijden. Aan de linkerkant ligt het ruige Monta Baldo gebergte. Het Adige-dal is overal bezaaid met wijnranken, perziken, kiwi’s en andere fruitbomen. Er komt geen einde aan en je vraagt je dan ook af wie dit allemaal moet gaan plukken als het fruit rijp is; ….wij in geen geval want wij hebben vakantie!
Henny zorgt weer voor een zeer gewaardeerd en lekker kopje koffie in de bus. Ze is er maar druk mee. Zij helpt Henk (en ons) waar het maar kan en ontpopt zich als een echte ‘jeugdherberg-moeder’.
De rit naar Bolzano is circa 135 kilometer. Hier draaien we de A22 af bij de afslag Bozen-Nord.
Zoals je leest in de regel hierboven, zijn we in het Duitstalige gedeelte gekomen van Italië. Het Italiaanse “Bolzano” heet dus ook “Bozen” op z’n Duits en zo heeft elke plaats hier twee namen.
Om het toch een beetje romantisch te houden zal ik de Italiaanse namen gebruiken. Zij die benieuwd zijn naar de Duitse, moeten de landkaart maar gaan raadplegen.
Henk betaalt netjes zijn schuld bij de tolpoortjes voor zijn gereden rit.
Nog maar net van de snelweg duiken we twee erg lange tunnels in. De eerste is 1185 meter en de tweede maar liefst 1550 meter lang. Een paar schitterende staaltjes van graafwerk. Naar ik hoop en aanneem hebben zij daar goede machines voor want verderop komen we nog meer van deze graafwerken tegen. Gelukkig zijn er niet te veel van deze tunnels, anders zouden we weinig van het mooie landschap zien. De Val d’ Ega leidt ons via mooie slingerweggetjes naar de grillige Dolomieten.
Henny heeft ons op de heenreis verteld hoe de Dolomieten zijn ontstaan.
70 miljoen jaar geleden was hier een zee. Door een heel geschuif met Afrikaanse continenten is deze grillige bergketen ontstaan.
Per jaar worden de Dolomieten nog steeds zo’n drie centimeter opgestuwd.
Volgend jaar zal je dat zeker nog niet opvallen; maar kom je hier over 10 jaar terug, dan ….
Het is niet voor niets dat de Dolomieten op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO staan, het is een zeer unieke bergketen.
De rit voert over de SS241, de route door Val d’ Ega en verderop door Val di Femme. De eerste stop is bij het Carezza al Lago op 1520 meter hoogte. Het is een glashelder azuurblauw meer wat wordt gevoed door bronnen en ijswater. De bronnen zie je in het water en laten het oppervlak op sommige plekken ‘opborrelen’.
Het meer trekt veel toeristen dus wij zijn zeker niet de enige. Zo’n vijftig auto’s staan op de parkeerplaats tegenover zo’n 10 bussen. Naast ons staat Martin met zijn Havi-bus. Martin is inmiddels een goede bekende van ons geworden. Hij rijdt de zelfde reis als ons maar heeft met zijn bus al het nodige meegemaakt.
Zijn groep is zondag al door Henk begeleid naar de Arena van Verona omdat de bus niet te vertrouwen was. Helaas liet deze bus nu weer verstek gaan en bleken er een paar V-snaren te zijn geknapt. ‘Even’ een monteurtje regelen via Nederland en de zaak is weer geregeld. In de tussentijd heeft Henk ook deze groep (weer) opgepikt voor de lunch bij Alpenrose waar ook wij zaten. Hierover straks meer.
Nadat onze chauffeur zijn bus weer keurig op een plekkie heeft gemanoeuvreerd met een beetje hulp van Henny en mij wordt onze groep weer losgelaten. Op de drie thuisblijvers na, was iedereen onder de indruk van dit schitterende plekje in de Dolomieten.
Een rondje om het meer stelde niet al te veel voor en een geoefende wandelaar doet dit in zo’n 12 minuten. Wil je echter van de mooie uitzichten genieten en van de schitterende bergtoppen achter de bebossing, dan neem je er alle tijd voor en loop je zelfs nog even terug om dat mooie plekje ook aan je eega te laten zien. Zo hier en daar zwom een forel en toen dacht ik: ‘als ik en forel was, had ik hier ook willen zwemmen’.
De bewolking nam helaas wat toe en omarmde de bergtoppen. Om twaalf uur was het weer tijd om een stukje verder te gaan.
Na slechts vijf minuten rijden kwamen we al weer aan bij ons volgende stoppunt: Hotel restaurant Alpenrose in het plaatsje Carezza.
Hier namen we graag plaats op het mooie terras met een nog indrukwekkender uitzicht op de grillige toppen. Zoals ik al vermeldde waren deze omhuld met wolken. Zo nu en dan gunden ze ons toch een blik op de fraaie grillige en voor de Dolomieten zo typerende puntige spitsen.
Betty en ik veroverden samen met Willy en Frits een tafeltje. Wijntje en
biertje besteld en even later de bestelling van de lunch. De Jongepier-tjes bestelde een heerlijke pizza, Betty een salade en ik hield het bij een lekkere spaghetti. Het heeft ons allen buitengewoon goed gesmaakt! De keuze voor een lunchplaats was weer uitstekend gemaakt door duo Rave.
Na de lunch werden we op tijd weer in de bus gezet en Henk stuurde (alsof hij z’n hele leven niets anders heeft gedaan) de grote Peter Langhout-bus de vaak smalle weggetjes en haarspeldbochten door. We rijden de Passo di Castalunga (Karerpass) over en bereiken het hoogte- /hoogste punt van deze pas; 1745 meter.
Hier worden we omringd door de mastodonten van de Dolomieten. Natuurlijk zijn er nog veel meer plekjes in deze berggroep waar de toppen nog hoger rijzen, maar voor ons Nederlanders is dit beslist ook buitengewoon indrukwekkend.
Een tikkie jaloers kijk ik naar Henk; wat had ik hier graag een paar kilometerjes gereden. Niet te vergelijken met de vlakke trajecten in Apeldoorn die Syntus mij dagelijks voorschotelt.
Via de SS12/SS48 komen we langs de plaat Cavalese en rijden een deel van de Passo Lugano welke langs het natuurpark Monte Carno loopt. Naast de weg loopt een ruwe bergrivier waarop een drietal raften door het water ploeteren en een aantal stroomversnellingen nemen (alwéér iets om jaloers op te worden!).
Bij Auer Ora komt de tolweg weer in zicht en moeten we het landschap van de Dolomieten inruilen voor het mooie vergezicht over het Adige dal. Henk parkeert de bus in een haarspeldbocht en geeft ons nog even de gelegenheid om een paar mooie plaatjes te schieten. Na nog een aantal bochten duiken we de tolweg weer op en rijden stroomafwaarts langs de Adige terug richting Modena en Verona.
Op de Tom-tom lees ik 119 kilometer af. Zonder enig oponthoud komen we weer veilig bij ons luxe hotel ‘Mod05’ in Sandra. Om vijf uur wordt de bus weer achteruit op de parkeerplaats gestald, klaar voor de rit van morgen: Venetië.
Henny en Henk, bedankt voor de leuke en gezellige dag namens de hele groep. Jullie hebben het samen weer geweldig georganiseerd.
Rob Zuydervelt
Woensdag, 10 juli 2013 Venetië
Het is 9 juli, onderweg naar ons hotel na een bezoek aan de Dolomieten, schrikken we wakker als Henny zegt dat we morgen om zeven uur ontbijt hebben en dat om 8 uur de bus vertrekt voor onze excursie naar Venetië, dus om kwart over zes opstaan. Vakantie kan zwaar zijn.
En dus zit iedereen om zeven uur aan het ontbijt en rijdt de bus om 8 uur, het lijkt erg mee te zitten in het verkeer, we kunnen lekker doorrijden maar net voor ons ‘checkpoint’ staat alles vast en rijdt de bus ‘voetje voor voetje’ naar het checkpunt. Na inchecken en een wc-bezoek voor velen, gaan we verder, d.w.z. we sluiten weer achteraan in de file.
Om kwart voor elf zijn we bij de pier waar ‘onze’ boot vertrekt naar de binnenstad. Na een aantal belangrijke instructies van Henny en Henk, we moeten om vier uur weer bij dit afvaartpunt zijn, gaan we met z’n allen de stad Venetië in. De ene gaat linksaf, de ander rechtsaf, sommigen schieten direct een restaurant binnen voor koffie – al dan niet met wat lekkers – en zo gebeurt het dat in ‘no time’ onze groep opgelost is in de geweldige stroom toeristen die vandaag Venetië bezoeken. Driftig plaatjes schietend gaat de schrijver dezes met eega richting de St. Marco basiliek. Fraaie plaatjes van karakteristieke huizen, koopmanshuizen, brugjes, leuke boogjes, smalle straatjes, grote kerken, hoge torens, vaardige gondeliers – die niet van zingen houden, snelle vrachtbootjes die aan een antieke oliestook doen denken.
We gaan een beetje ‘weg van de snelweg’ want het is er overvol, je kunt alleen maar in de stroom meelopen. We zijn al snel op een veel rustiger straatje met een leuk pleintje en lege maar fraaie kerk, niks bombastisch aan, een restaurantje waar we tot de eerste gasten behoren en – wat anders dan – een pizza bestellen met een heerlijk wijntje erbij. We gaan langs allerlei omwegen naar de Rialtobrug want die moeten we toch wel op de foto hebben, je bent niet in Venetië geweest als je de Rialtobrug niet hebt gezien. Maar daar is het pas echt druk, voetje voor voetje schuifelen we snel de brug over, dit geloof je toch niet, zo druk. Via een klein straatje gaan we naar de waterkant om nog wat foto’s te maken, het is hier dat we voor het eerst een stel van onze groep ontmoeten, we slenteren over de bijna
‘gedane’ markt, kopen een paar appels en gaan verder voor ‘onze foto’ het Palatio Fontana Cá d’Oro. Helaas is het niet echt van goud, jammer nou. Eigenlijk willen we terug via een andere weg dan de Rialtobrug maar zien op onze kaart al snel dat de Ponte Accademia niet echt dichtbij is en ook de Ponte di Scalzie is veel te ver weg. We besluiten via een wirwar aan straatjes terug te gaan, erg leuk, vooral erg rustig en ook vol met verrassingen als het straatje weer eens eindigt in een steigertje zonder boot, of eindigt in een bruggetje dat naar een huis gaat zodat je opnieuw niet verder kunt. Dit is echt Venetië, dit is echt leuk en schilderachtig. Om vier uur zijn we bij de steiger maar ‘onze’ boot is er niet en ondanks de stevige druk van Henk duurt het tot twintig voor vijf voordat er een boot is. Nou ja boot, volgens mij ligt er een kromme as in want het ding rammelt en schudt dat het een lieve onrust is, hij stinkt naar olie, geeft dan weer voluit gas en stopt dan weer om onduidelijke redenen. Eindelijk de bus met een echte chauffeur en een reisleidster die aangeeft dat we morgen mogen uitslapen, heerlijk, alleen al de gedacht maakt ons blij.
Verslag: Frans en Emmy Gerritsma
Donderdag, 11 juli 2013 Bezoek Verona en Opera Nabucco
Heerlijk uitslapen, 9 uur ontbijt, dat is vakantie, en het is gezellig bij het ontbijt, leuk dat je bijna elke dag bij iemand anders aan tafel zit, lekker lang ontbijten, lekker lang blijven hangen en praten over werk, kinderen, soms zelfs over kleinkinderen, heerlijk die rust, het lekkere klimaat dat je uitnodigt om buiten te ontbijten.
Ha, lekker koffietijd, boekje lezen, wandeling maken, soms een boodschapje doen of even een kopje koffie in de bar op het hoekje bij de kerk. Eén uur, lunch of diner, ’t is maar net hoe je ’t wilt noemen, het is de Italiaan om ’t even en ons ook. Het is nooit wat je thuis zou eten, het is altijd een primo en dan een secundo, nooit een toetje, heerlijk een andere cultuur, andere gewoontes en die leef je mee.
Drie uur, de bus gaat, we gaan naar Verona, daar krijgen we een stadtoer met gids en daarna een stadswandeling met gids, die zal eindigen bij de Arena.
In Verona vindt Henk zoals gewoonlijk weer prima de weg – al dan niet dankzij de TomTom –, de gids, een mevrouw komt ‘aan boord’ en we gaan ‘en route’, de uitleg is duidelijk en goed verstaanbaar, maar zoals zo vaak met een rondleiding het beklijft niet, het is luisteren, kijken, zien, herkennen, verbazen, genieten en dan weer verder. Na ruim een half uur zegt de gids “zo, we zijn er, vanaf hier gaat ’t te voet verder”. Henk zegt netjes dat hij meende dat de bustoer
een uur zou duren en daarna de wandeling maar de gids maakt duidelijk dat het geheel twee uur is en dat het ‘bus-deel’ een half uur is.
We gaan uit de bus, worden opgedeeld in Engelse-gids voorkeur, Duitse-gids voorkeur en Nederlandse-gids voorkeur en gaan op pad. De eerste bezienswaardigheid is de zeer oude Romeinse Ponte di Pietra, daarna langs fraaie oude muren, oude huizen, de kerk van de heilige Anastasia, fraaie pleinen, praalgraven van de familie Scaligeri, het huis van Romeo en het huis met bordes en beeld van Julia. Het schijnt de bedoeling te zijn dat mannen de borst van het beeld beroeren maar ofwel het was te druk ofwel de mannen van tegenwoordig zijn geen mannen ofwel we hadden gewoon geen zin de borst van een beeld te betasten.
Na de rondleiding gaat ieder zijn weg, maar de ijssalon, de Gelateria, is wel erg in trek,daar vinden we een flink aantal reisgenoten aan de ijslijke dis.
Tegen half zeven gaan we naar de ons welbekende poort 68 van de Arena waar we nog even moeten wachten tot de poort open gaat. Als we eindelijk binnen zijn begint al snel de wedstrijd om de beste plaatsen en wij moeten ook nog 4 plekken vrij houden voor onze Henk en Henny, de chauffeur Martin en ene Emmie maar die blijkt ergens al een plaats te hebben. Het wordt even spannend als een stel ‘onze’ gereserveerde plaatsen wil inpikken en de ‘boze heks’ vanachter het hek er op aanstuurt dat te laten gebeuren. Bram is plotseling overduidelijk als hij opspringt en op de rij ervoor plaats neemt. Het wordt het stel langzamerhand duidelijk dat wij geen millimeter zullen wijken en ze gaan elders hun plaats zoeken.
Nabucco is werkelijk geweldig, de solisten, de koren, de spelers, de decors, alles klopt en het is prima te verstaan.
In de verte barst een onweer los maar dat deert ons niet, het is ver weg en lijkt over te waaien. Niets is
minder waar, waar het eerst nog zeldzame drupjes zijn worden het als snel meer maar het blijft beperkt, het orkest pakt in en er wordt een korte pauze ingelast – tot het droog is. We wachten een kwartier, het lijkt wat droger te worden, ik zeg tegen m’n buurman, ofwel het wordt nu helemaal droog ofwel dit is de stilte voor de grote storm. Dat laatste is helaas waar want nadat we de Arena verlaten hebben barst het in alle hevigheid los, de straten staan blank, stoepen zijn niet meer te onderkennen, schoenen lopen vol, dakgoten stromen over en gieten hun overtollig water in mijn nek, de laatste droge draad is nu ook nat, het stroomt me letterlijk de broek uit de schoenen in. In de bus blijkt dat enkelen het droog gehaald hebben maar de meesten zijn drijfnat. Omdat een aantal van onze reisgenoten verdwaald blijken te zijn worden we onrustig, wat te doen, zoeken, ja hoe doe je dat in een grote stad waar iedereen er uit ziet als een plastic zak, dus blijven we geduldig wachten, luisterend naar de CD van Nabucco.
Uiteindelijk weet iedereen de bus te vinden en is het kwart over één als we naar ‘huis’ gaan.
Verslag: Frans en Emmy Gerritsma
Vrijdag, 12 juli 2013 Sirmione en pasta-avond – wijnproeverij
Vandaag is het weer uitslapen maar het is vooral de ‘morning after’ de grote plensbui en de gemiste Nabucco. Natte kleren drogen, schoenen proberen droog te maken – maar niet met een föhn – dan wordt het leer te hard.
Om negen uur ontbijt, wandelen, geld pinnen, koffie op de hoek, om één uur lunch en dan naar Simione, nee, Sirmione, dacht ik dat het een middeleeuws bergdorp was, blijkt het een schiereiland in het Gardameer te zijn. Naar een bergdorp neem je geen zwembroek mee, dus jammer en helaas, geen strand voor mij. Sirmione is een culminatie van toeristische drukte, kleffe kitsch, stinkend rijken die met hun SUV wel naar binnen mogen. Hotel naast hotel, restaurant naast restaurant en prulwinkel naast prulwinkel. We zoeken een leuk restaurant en genieten daar van een lekkere lunch met een heerlijk glas wijn. Daarna verkennen we het eiland, we wandelen naar de grot op de noordpunt.
Onderweg ontmoeten we reisgenoten die de grot al bekeken hebben maar het is helemaal geen grot, het zijn de overblijfselen van oude romeinse tempels. Op zich wel de moeite waard maar niet vandaag. Ook het kasteel op de zuidpunt lijkt de moeite waard maar niet vandaag. Het komt door het mooie en warme weer, je wilt jezelf niet vrijwillig opsluiten als het buiten zo lekker is. We genieten nog even op de pier bij de bus en dan gaan we.
Hennie heeft nog een vervelende en goede mededeling, Johan is met – een soort hartritmestoornis – naar het ziekenhuis gebracht maar het is nu weer ok met hem.
Weer in ons hotel is het tijd om de koffers te pakken en maakt iedereen zich op voor het etentje in Le Meridiana waar ook een wijnproeverij is voor de liefhebbers. Tegen acht uur gaan we in een lange sliert naar Le Meridiana waar we heel vriendelijk ontvangen worden en heerlijk gegeten hebben.
Het was er erg gezellig.
Verslag: Frans en Emmie Gerritsma
Zaterdag 13 juli 2013 Sandrá – Bobingen
Iedereen maakt zich op voor een lange zit richting Nederland. Deze dag zijn het maar 500 km die Henk moet verstouwen en we kunnen nog een keer genieten van het prachtige dal dat de rivier de Adige, ontsprongen in de Oostenrijkse Alpen, heeft uitgeslepen. Ook vandaag weer plant Henk de nodige stops en we komen voor lunchtijd uit op de Brennerpas. Al is het half twaalf, een beetje vroeg voor de lunch, maar dat weerhoudt menigeen niet om de door Henk onvolprezen spaghetti Bolognese van wegrestaurant Rosengarten te proeven. De smaak was goed; de saus een beetje dun, maar zorgde voor voldoende koolhydraten voor de vervolgtocht. Zo reisden we gestaag naar het leuke Beierse plaatsje Bobingen waar we een overnachting hadden in Hotel Schempp, dat gerund werd door een Chinees. En wat stond er op het menu? Pasta!!
Maar voordat we aan tafel gingen was bij menigeen de dorst groot en de groep verdeelde zich over het terras bij het hotel en een teras bij een cafetaria, waar ze één soort bier hadden, de glazen op raakten, het bier niet meer gekoeld was … maar het maakte allemaal niet uit.
Verslag: Henny Rave
Zondag 14 juli Bobingen – Dubbelbeek Apeldoorn
Koffers in de bus – plat stapelen – we waren er met z’n allen al handig in geworden. We reden al weer om half negen want er moesten nog zo’n 700 km afgelegd worden. De rit ging zonder file-problemen en het was erg rustig in de bus nadat de cafeïne in het eerste kopje koffie was uitgewerkt. Iedereen had zich er bij neergelegd dat het een lange zit was, de een was aan het lezen, de ander bleef van het landschap genieten, er werd gezongen, en sommigen deden even een tukje.
….. of werd bezig gehouden met een ‘spelletje’
Zo ‘vrat’ Henk gestaag de kilometers weg en na een paar stops reden we de parkeerplaats op bij Restaurant Bosgoed in Wilp Achterhoek voor ons afscheidsdiner. Dit was duidelijk anders dan de Italiaanse gerechten waar we aan gewend geraakt waren. Wij, Henk en ik, hadden voor een oer hollands menu gekozen. Daarna naar de Dubbelbeek waar we afscheid van elkaar namen na een goed verlopen reis.
Verslag: Henny Rave
Nawoord Henk en Henny Rave
Weer thuis hadden we het fijne gevoel dat deze reis met collega’s en bekenden een succes is geweest. De reacties waar spontaan en positief; we kregen teruggekoppeld dat het meer dan aan de verwachtingen had voldaan. En dat nadat Henk toch maar even zo’n 3493km onder zijn rechtervoet had ‘weggetrapt’ en iedereen niks anders kon dan’ meerijden’.
Dat het een geslaagde reis was, heeft niet alleen aan het programma gelegen. Het was de groep die dat speciale sfeertje dat er is ontstaan zelf heeft gecreëerd. Geen groepsvorming, wisselen van tafel bij het eten, en ook het toch wel een beetje moeilijke organisatorische punt – het plekje in de bus – werd door jullie zelf soepeltjes geregeld en hoefde ‘de chauffeur’ niet de regel in te voeren, dat er per dag van plek gewisseld moest worden. Ook de niet favoriete plek – de achterbank – werd steeds wisselend bezet.
Waar wij ook zeker van onder de indruk waren was de lofzang die Rob en Betty namens de hele groep voor ons gecomponeerd hadden. Ze hadden er zelfs een vrije dag voor genomen.
Heel heel hartelijk dank voor deze leuke geste en ook allen nogmaals heel erg bedankt voor de vriendelijke bedankjes.
Als antwoord hebben we daarop: “Heel graag gedaan!!!!!!” Het was ons een waar genoegen. Henk en Henny